heeft iemand verstand van wiskunde (vmbo-t)

heel erg bedankt dat je hier op hebt geklikt!
ik heb dus vogende week proefwerkweek en ik loop vast met wiskunde, (ik zit in de 3e)
nu moet ik de coordinaten van de top van de grafiek uitrekenen (dat lukt meestal wel)
maar ik liep bij de volgende grafiek vast:
y=-0,25X2(die 2 staat voor in het kwadraat)+2X+1
de X= het cijfer x niet keer

het antwoord = t=(4,5)
(dit staat in mijn nakijkboekje )
maar ik heb geen idee hoe ik hieraan niet komen :S weet jij het wel?
kun je het dan uitleggen?
groetjes Charlotte

26 jun 2016, Charlotte


Reacties

plaats reactie
1

leuk antwoord wat er in dat boekje staat maar waar in de formule staat de letter t?

26 jun 2016, 16:06, anonymous
2

T is denk ik de top

26 jun 2016, 16:06, kers
3

Ik denk dat je gewoon verschillende waarden van x in de formule moet invullen en dan kijken waar de hoogste y-waarde van uitkomt. In dit geval is x 4. Dus:

-0,25 x 16 + 2 x 4 + 1 = 5 (de x is hier keer, de 16 komt van 4 in het kwadraat), dus t = (4, 5).

Als je bijvoorbeeld 5 of 3 voor de X had ingevuld kreeg je 4,75 als y-waarde, dus lager dan 5.

26 jun 2016, 20:06, Maddy
4

dankjewel maddy!!

27 jun 2016, 11:06, Charlotte
5

Wij (vwo3) hebben een handige methode..
Daar is de formule voor de Xtop b/2a (/ Is gedeeld door)

En dan heb je de formule
0.25X2 (0.25 is de A) + 2X (2 is de B) + 1 (1 is de C)

Dus dat is
2/2x0.25 en dat is 4
Dus de X is 4...

Dan heb je nog een manier om de Y uit te rekenen. Namelijk door de X in te vullen;
0.25x4^2 (^2 is in het kwadraat) + 2x4 + 1 =
0.25x16 + 8 + 1 = 4+8+1 = 13...

Oke dat klopt al niet😂

27 jun 2016, 19:06, X
6

Ow wacht, het is -0.25 .. Euhmm

Dan is het
-0.25 (a) 2(b) 1(c)

Is
2/ 2x-0.25 = 4 dus

En dan wordt het
-0.25x4^2 (dat is -4) + 8 + 1 = 5

Zo kom je uit op (4 , 5)

Ik had niet gezien dat het -0.25 was😂

27 jun 2016, 19:06, X
7

Moet je het via de abc formule doen of via product som methode? Het kan op beide manieren, maar soms mag je een bepaalde manier niet gebruiken op de toets. Ik (Havo 3 nu naar havo 4) mocht een paar maanden geleden alleen de product som methode gebruiken voor de top van de grafiek. En dan kreeg je 2 x'en en dan moest je daar de helft van pakken. Een paar hoofdstukken later mochten we weer alleen de abc formule daarvoor gebruiken. Of moet je het via de abc formule doen?
Hopelijk kan ik je beter helpen als je verteld welke manier het volgens jouw docent/boek moet!
Succes met de toetsweek!

xx

29 jun 2016, 11:06, Soof

Reageer

Dit topic is gesloten voor verdere reacties, mocht je hierover vragen hebben dan kun je contact opnemen met de coordinator.